Uit de
profeet Maleachi,
Let op,
ik zal mijn bode zenden: hij zal de weg voor mij effenen. Opeens zal hij naar zijn tempel komen, de Heer
naar wie jullie uitzien, de engel van het verbond naar wie jullie
verlangen. Komen zal hij –zegt de Heer van
de hemelse machten. Wie zal die dag
kunnen doorstaan? Wie zal overeind
blijven wanneer hij verschijnt? Hij is
als het vuur van een smid, als het loog van een wolwasser. Hij zal zitting houden als iemand die zilver
smelt en het zuivert; de zonen van Levi zal hij zuiveren en zeven als goud en
zilver, en dan zullen ze op de juiste wijze offeren aan de Heer. De offers van Juda en Jeruzalem zullen de Heer
met vreugde vervullen, zoals in vroegere jaren, zoals in de dagen van weleer.
Woord van
God
Lc 2,22-40
Toen de
tijd was aangebroken dat ze zich overeenkomstig de wet van Mozes rein moesten
laten verklaren, brachten ze hem naar Jeruzalem om hem aan de Heer aan te
bieden, zoals is voorgeschreven in de wet van de Heer: ‘Elke eerstgeboren zoon
moet aan de Heer worden toegewijd.’ Ook
wilden ze het offer brengen dat de Heer voorschrijft: een koppel tortelduiven
of twee jonge gewone duiven.
Er woonde
toen in Jeruzalem een zeker Simeon. Hij
was een rechtvaardig en vroom man, die uitzag naar de tijd dat God Israël
vertroosting zou schenken, en de heilige Geest rustte op hem. Het was hem door de heilige Geest geopenbaard
dat hij niet zou sterven voordat hij de messias van de Heer zou hebben
gezien. Gedreven door de Geest kwam hij
naar de tempel, en toen Jezus’ ouders hun kind daar binnenbrachten om met hem
te doen wat volgens de wet gebruikelijk is, nam hij het in zijn armen en loofde
hij God met de woorden:
Nu laat u,
Heer, uw dienaar in vrede heengaan, zoals u hebt beloofd. Want met eigen ogen heb ik de redding gezien
die u bewerkt hebt ten overstaan van alle volken: een licht dat openbaard wordt
aan de heidenen en dat tot eer strekt van Israël, uw volk’.
Zijn vader
en moeder waren verbaasd over wat er over hem werd gezegd. Simeon zegende hen en zei tegen Maria, zijn
moeder: ‘Weet wel dat velen in Israël door hem ten val zullen komen of juist
zullen opstaan. Hij zal een teken zijn dat betwist wordt, en zelf zult u als
door een zwaard doorstoken worden. Zo zal
de gezindheid van velen aan het licht komen’.
Er was daar
ook een profetes, Hanna, de dochter van Fanuël, uit de stam van Aser. Ze was hoogbejaard; vanaf haar huwbare
leeftijd had ze zeven jaar met haar man geleefd, en ze was nu al vierentachtig
jaar weduwe. Ze was altijd in de tempel,
waar ze God dag en nacht diende met vasten en bidden. Op dat moment kwam ze naar hen toe, bracht
hulde aan God en sprak over het kind met allen die uitzagen naar de bevrijding
van Jeruzalem.
Toen ze
alles overeenkomstig de wet van de Heer hadden gedaan, keerden ze terug naar
Galilea, naar hun woonplaats Nazaret.
Het kind groeide op, werd sterk en was begiftigd met wijsheid: Gods
genade rustte op hem.
Woord van
God
Beste
vrienden
wanneer
Maria en Jozef de kleine Jezus naar de tempel brengen om Hem aan God op te
dragen, doen ze dat uit dankbaarheid omdat God zo goed is geweest hen een kind
te schenken. Een kind is immers een geschenk van God en geen recht waar mensen
aanspraak kunnen op maken.
In de
tempel ontmoeten Maria en Jozef twee bejaarden mensen die Hem op een bijzondere
manier ontvangen. Zo heeft daar in de tempel een ontmoeting plaats tussen drie
generaties: het kind
Jezus, zijn ouders en twee mensen die zijn grootouders hadden kunnen zijn.
Voor een
buitenstaande kon het wel een familieontmoeting zijn. En in zekere zin was dat
ook, ook al is Jozef niet de biologische vader, en zijn Simeon en Hanna geen
bloedverwanten.
Het is een
familie die bijeengebracht is door gehoorzaamheid aan Gods Woord en door de
Heilige Geest. Want Maria en Jozef zijn gekomen om hun dankbaarheid te uiten volgens wat in de Wet van de Heer geschreven
staat, Simeon was door de heilige Geest
gedreven en Hanna die profetes wordt genoemd, diende
God met vasten en bidden.
Het was
daar in de tempel van Jeruzalem in het klein wat we in deze viering vandaag in
het groot zien: het huis van God gevuld met drie generaties die hier samen
zitten geleid door Gods Geest, om te luisteren naar Gods Woord, om hun
dankbaarheid aan God te tonen, om Hem te loven en te bidden en om Jezus in hun
midden te ontvangen.
Simeon
wordt ons voorgesteld als een rechtvaardige en vrome mens aan wie Gods Geest
had laten weten dat hij niet zou sterven voordat Hij de Trooster zou zien naar
wie Hij zo vurig uitkeek.
Die dag
wist hij, tot grote verbazing van zijn vader en moeder, die Trooster te
herkennen in het kind dat daar werd binnengebracht.
Gods rijk
komt niet ineens kant en klaar uit de hemel gevallen. Het komt als een klein en
zwak kind, dat bedelt om onze bescherming, als een ter dood veroordeelde
onruststoker, als een piepklein mosterdzaadje dat sterft om
vrucht te dragen.
Dat is wat
Simeon ook tegen zijn moeder zegt: “je
zoon zal een omstreden teken zijn”.
De volheid
van de vrede zal Simeon niet meer zien, maar in Jezus heeft hij al de vrede gevonden
die hem bevrijdt van zijn schrik om te sterven.
En bij
Simeon voegt zich de vierentachtigjarige weduwe Hanna. Ze is maar zeven jaar
getrouwd geweest. De rest van haar leven heeft ze sindsdien al biddend in de
tempel doorgebracht. Je zou
kunnen denken: sinds de dood van haar man is haar leven zinloos geworden. Maar niets
is minder waar: door haar gebed heeft ze aan haar leven een mooie betekenis
gegeven.
Heel de dag
ziet ze in de tempel mensen van overal komen smeken om genade: om genezing of
om een andere gunst van God. Als die mensen weg zijn, zet zij hun gebed voort.
Zij heeft
heel de dag tijd om bij God voor te spreken voor zijn kinderen.
En nu
Hannah hoort wat Simeon zegt over Jezus looft ze God en vertelt tegen iedereen
over Jezus.
Wat hebben wij
in het leven anders te doen dan zoals
Hanna God te loven en aan iedereen te vertellen dat Jezus de vrede is voor ons
en voor heel de wereld?
Kinderen en
bejaarden hebben gemeen dat ze zwak zijn en zichzelf niet alleen kunnen behelpen. Maar
zijn wij niet allemaal aangewezen op andermans hulp, en samen op de hulp van
God?
Daar in de
tempel, in het huis van God, zoals in hier deze kerk, is het duidelijk dat het
leven van een mens niet zinloos wordt van het ogenblik dat hij zich niet meer
alleen kan behelpen en zich een last begint te voelen voor
anderen.
Voor ons is
waar wat voor Simeon waar is: ons leven vindt zijn vervulling in het zien van
Jezus. En waar zien we Hem beter dan hier, als wij samen zijn in het huis van
zijn Vader, om elkaar te vertellen en te tonen hoe graag
Hij ons ziet?
Voor ons is
waar wat waar is voor Hanna: ons leven is de moeite waard als we blijven bidden
en aan anderen vertellen van Jezus.