Joh 15, 1-8
Beste vrienden,
Het is de vijfde
zondag van Pasen. De vijfde keer dat
Jezus terug onder zijn leerlingen verschijnt.
En eigenlijk kunnen we dat van elke zondag zeggen. Want telkens wanneer we samenkomen rond de
tafel van de eucharistie, komt Jezus in ons midden. Of eigenlijk al telkens wanneer we samenkomen
met een paar om te bidden.
Want Jezus heeft zelf
gezegd: daar waar 2 of meer in mijn naam samenkomen om te bidden, daar ben ik
zelf in hun midden.
Jezus is trouw elke
week op de afspraak. Hij is meer trouw
dan wij. Wij zijn soms afwezig, of zijn
er wel maar met onze gedachten ergens anders.
Jezus is trouw in de vriendschap.
En die vriendschap met
Jezus vieren we op zondag. De zondag is
de belangrijkste dag in het leven van de christenen. De eerste christenen herhaalden steeds: “Wij
kunnen niet leven zonder de zondag.”
Die zondag is onze
moment om bij Jezus te komen, om ons te voeden met zijn woorden, om onze dorst
naar woorden van leven te stillen. Jezus
is de ware wijnstok. Want als wij niet
naar zijn woorden luisteren, worden wij als dorre ranken en brengen we geen
vruchten voort. Die vruchten zijn
vriendschap, zijn hoop en liefde.
De apostel Johannes
schrijft vaak over in Jezus ‘verblijven’.
Hier lezen we: ‘blijf in mij en ik blijf in jullie’. In zijn eerste brief schrijft Johannes: Wie
Zijn geboden onderhoudt, blijft in God en God blijft in hem.
De wijnstok was voor
de leerlingen van Jezus een bekend symbool.
Aan de tempel in Jeruzalem hing een gouden wijnstok met trossen zo groot
als een mens. Het was één van de meest
opvallende versieringen van het gebouw. En
ook in de psalmen wordt er geregeld over een wijnstok gesproken. In psalm 80 lezen we: God van de Heerscharen, keer terug!
Zie neer uit de hemel, kijk en zie: bescherm deze wijnstok, die uw
machtige hand heeft geplant, de loot die Gij sterkte gegeven hebt.
En de profeet Jesaja
schrijft over de wijnstok als het volk van God.
Hoe God ontgoocheld was in het volk van Israël, de wijnstok die hij geplant
had, waarvoor hij zorg had gedragen, die hij had beschermd, maar die enkel
bittere vruchten had voortgebracht.
Veel profeten spreken
over de wijnstok om over het volk van Israël te praten. En de leerlingen kenden deze verhalen van de
profeten. Maar Jezus zegt dat hij zelf
de ware wijnstok is. Niemand had ooit
zoiets gezegd.
Jezus spreekt deze
woorden uit tijdens het laatste avondmaal.
Hij weet dat hij voor de laatste keer met zijn leerlingen aan tafel is,
voor hij gekruisigd zal worden.
Eerst legt Jezus uit
dat hij de Goede Herder is, dat hebben we vorige week gehoord. En dan zegt Jezus dat hij de wijnstok is en
zijn Vader de wijnbouwer. Maar Jezus staat niet los van de leerlingen. De leerlingen zijn de ranken aan de wijnstok. De leerlingen zijn met de Meester verbonden
en maken volledig deel uit van de wijnstok.
Er is geen wijnstok zonder ranken
en er zijn geen ranken zonder wijnstok.
Maar een wijnstok met
zijn ranken moet je goed verzorgen, die kan je niet zomaar laten groeien zonder
er naar om te kijken. Een wijnstok moet
je snoeien. De takjes die er niet horen
moet je afknippen, zodat alle groei kan gaan naar de ranken.
Wij zijn als
leerlingen van Jezus verbonden met de wijnstok, wij zijn de ranken. En we moeten onszelf verzorgen zodat we goede
vruchten kunnen voortbrengen, vruchten van vriendschap, van liefde, van het
goede.
De takjes die we
moeten wegknippen, zijn de takjes van de lelijke dingen in ons leven: jaloezie,
ruzie, hardheid, alleen aan onszelf denken.
Al die takjes kunnen ervoor zorgen dat we geen of weinig vruchten
voortbrengen.
Vruchten dragen kan
alleen wanneer we in Jezus blijven, wanneer we zijn liefde doorgeven in deze
wereld. Maar hoe kunnen we ‘in Jezus
blijven’? Wanneer zijn woorden in ons
blijven, blijven wij in Jezus.
Dat is de weg die
Maria ons toont. In het evangelie
volgens Lucas staat geschreven: ‘Maria
bewaarden al deze woorden en gebeurtenissen in haar hart en overwoog ze’.
Dat is de weg die
Maria, de zus van Lazarus en Martha, koos wanneer ze zich aan de voeten van
Jezus zette om naar Hem te luisteren, terwijl haar zus Martha boos liep te
mokken omdat zij al het werk moest doen.
Aan de voeten van
Jezus zitten en naar Hem luisteren, dat doen we elke zondag in deze kerk. En we willen ook bidden tot Jezus. Bidden voor al wie in nood is, voor de
bootvluchtelingen die gevaarlijke reizen ondernemen of sterven op zee. Voor de slachtoffers van de aardbeving in
Nepal, voor alle slachtoffers van oorlog en geweld.