Deut 26, 4-10
Uit het
boek Deuteronomium,
Als de priester de mand in ontvangst heeft genomen en die voor het altaar van de Heer, uw God, heeft neergezet, moet u het volgende voor de Heer belijden: ‘Mijn vader was een zwervende Arameeër. Hij trok naar Egypte en woonde daar als vreemdeling met een handvol mensen, maar ze groeiden uit tot een zeer groot en machtig volk. De Egyptenaren begonnen ons slecht te behandelde: ze onderdrukten ons en dwongen on tot slavenarbeid. Toen klaagden we de Heer, de God van onze voorouders, onze nood. Hij hoorde ons hulpgeroep en zag ons ellendig slavenbestaan. En de Heer bevrijdde ons uit Egypte, met sterke hand en opgeheven arm, op angstaanjagende wijze, met tekenen en wonderen. Hij bracht ons hierheen en gaf ons dit land, dat overvloeit van melk en honing.
Woord van
God
Lc 4,1-13
Uit het evangelie volgens Lucas,
Vervuld van de heilige Geest trok Jezus weg van de Jordaan, en geleid door de Geest zwierf hij veertig dagen rond in de woestijn, waar hij door de duivel op de proef werd gesteld. Al die tijd at hij niets, en toen de veertig dagen verstreken waren, had hij grote honger. De duivel zei tegen hem: ‘Als u de Zoon van God bent, beveel die steen dan in een brood te veranderen’. Maar Jezus antwoordde: ‘Er staat geschreven: ’De mens leeft niet van brood alleen.’’ Toen bracht de duivel hem naar een hooggelegen plaats en liet hem in een en hetzelfde ogenblik alle koninkrijken van de wereld zien. De duivel zei tegen hem: ‘Ik geef u de macht over dat alles en ook de roem die ermee gepaard gaat, want ik kan daarover beschikken en ik geef het aan wie ik wil; als u in aanbidding voor mij neervalt, zal dat allemaal van u zijn.’ Maar Jezus antwoordde: ‘Er staat geschreven: ‘Aanbid de Heer, uw God, vereer alleen hem.’ De duivel bracht Jezus naar Jeruzalem en zette hem op het hoogste punt van de tempel, en zei tegen hem: ‘Als u de Zoon van God bent, spring dan naar beneden. Want er staat geschreven: ‘Zijn engelen zal hij opdracht geven om over u te waken.’ En ook: ‘Op hun handen zullen zij u dragen, zodat u uw voet niet zult stoten aan een steen’. Maar Jezus antwoordde: ‘Er is gezegd: ‘Stel de Heer uw God niet op de proef’. Toen de duivel Jezus aan al deze beproevingen had onderworpen, ging hij voor een tijd bij hem vandaan.
Woord van
God
Beste
vrienden
Maar toch is de vasten geen tijd om verdrietig rond te lopen. Nee, de vasten is een tijd van vreugde want we weten dat de Verrijzenis van de Heer dichterbij komt.
We hebben
geluisterd naar de eerste lezing uit het boek Deuteronomium die de aankomst van
het volk van Israël in het beloofde land vertelt. De
Egyptenaren begonnen ons slecht te behandelde: ze onderdrukten ons en dwongen
on tot slavenarbeid. Hij hoorde ons hulpgeroep
en zag ons ellendig slavenbestaan. En de
Heer bevrijdde ons uit Egypte.
Hij heeft ons hulpgeroep gehoord, hij zag dat we arm en ongelukkig waren. Hij heeft ons bevrijd uit Egypte. Met deze woorden drukken de joden uit hoe barmhartig de Heer is en hoe hij de bevrijder is.
Het
evangelie van deze zondag vertelt over de duivel die Jezus op de proef
stelt. Deze lezing wordt altijd in het
begin van de vasten gelezen. Ook al zegt
het evangelie dat Jezus aan het einde van zijn veertigdagentijd is, moe en hongerig
van het vasten. Jezus was moe en
hongerig, en toen kwam de duivel om hem te verleiden. Zo is het met elke bekoring: ze komt op een
moment dat we zwak zijn. Wat is er
immers normaler dan te willen eten als je honger hebt? Als u de Zoon van God bent, beveel die steen dan in een brood te
veranderen.
En ook het
verlangen om alle koninkrijken op aarde te bezitten, lijkt heel normaal. Wie zou dat nu niet willen! Ik geef u de macht over dat alles en ook de roem die ermee gepaard
gaat.
De derde
bekoring is om God op de proef te stellen of hij ons wel écht zou beschermen
tegen het kwade. Als u de Zoon van God bent, spring dan naar beneden. Dit is de
bekoring die wij hebben om God ten dienste van onszelf te stellen en niet wij
ten dienste van God. Of meer nog: om God
te verwijten voor de ongelukken die gebeuren in ons leven. Waarom moet mij dit overkomen? Waarom laat God dit toe en komt hij mij niet
te hulp?
Jezus wordt
door de duivel op de proef gesteld. Meer
dan eens. In het evangelie staat op het
einde ook: Toen de duivel Jezus aan al
deze beproevingen had onderworpen, ging hij voor een tijd bij hem vandaan.
Hij ging een tijdje bij hem vandaan. Hij
is niet volledig weg. Als Jezus in de
hof van Olijven bidt, vlak voordat hij gevangen wordt genomen, bidt hij dat hij
niet zou moeten lijden: ‘Vader, als u wil, neem dan deze beker van mij weg’. Jezus is zo gelijk geworden aan de mensen,
dat ook Hij ook de bekoring heeft gekend.
Maar hij heeft ze overwonnen.
Hoe heeft hij ze overwonnen? Door telkens te antwoorden met het Woord van God. Op elke bekoring van de duivel, antwoordt Jezus met een stukje uit de bijbel. Zijn antwoord is telkens: er staat geschreven…
Hoe heeft hij ze overwonnen? Door telkens te antwoorden met het Woord van God. Op elke bekoring van de duivel, antwoordt Jezus met een stukje uit de bijbel. Zijn antwoord is telkens: er staat geschreven…
Zijn
antwoord is een voorbeeld voor ons, want inderdaad: Het Woord van God is onze
kracht. Maar dit betekent dat wij eerst
en vooral dit Woord moeten lezen en herlezen.
Zodat de woorden van de bijbel in ons hart komen en vruchten van
vriendschap en liefde kunnen voortbrengen.
Meer in de
bijbel lezen, maakt ons zachtere mensen.
Meer in staat om de anderen graag te zien en te weerstaan aan de verleidingen
om het slechte te doen. Dit is niet
iets wat we alleen kunnen. Daarom is de
vasten dé tijd bij uitstek om de kracht van het Woord van God te ontdekken. In het evangelie volgens Matteüs staat immers:
De mens leeft niet van brood alleen, maar van ieder woord dat klinkt uit de
mond van God.’
Laat ons
dan ook dit Woord van God lezen. Laat
ons deze vastentijd ernstig beleven. Bidden
wij voor alle mensen die in oorlog leven, voor al wie ziek is of stervende,
voor wie op de vlucht is en bang is voor de dag van morgen. Bidden wij dat wij
sterke christenen mogen zijn, getuigen van Gods liefde in deze wereld en
bewerkers van vrede.