Welkom

Welkom op de blog van het Land van de Regenboog. Op deze blog vind je wekelijks de tekst van de kinderliturgie tijdens de eucharistieviering van Sant Egidio, elke zondag om 17u in de Sint Carolus Borromeuskerk te Antwerpen.

Het Land van de Regenboog is een internationale beweging van en voor kinderen die zich willen inzetten om samen een betere en meer menselijke wereld uit te bouwen. Kinderen van 5 tot 12 jaar zijn welkom.


Meer info op de website van de gemeenschap van Sant Egidio.

18 juni 2017


Ex 19, 2-6a 
Mt , 9,36 – 10,8

Jezus begon de mensen te verzamelen en te genezen.  Met Jezus was eindelijk de goede Herder gekomen, waarover de profeet Ezechiël schrijft: Ik zal zelf omzien naar mijn schapen en ervoor zorgen.  Zoals een herder omziet naar zijn schapen als die verdwaald zijn, zo zal ik omzien naar mijn schapen en ze veilig terugbrengen van alle plaatsen.
Jezus legt uit wat die ware liefde van de Herder voor zijn schapen juist betekent: de Herder houdt zoveel van zijn schapen dat hij bereid is om zijn eigen leven op te offeren om hen te redden.  Van elk van zijn schapen kent hij de naam en de geschiedenis.  Hij houdt van elke van hen apart.  En op elk van zijn schapen heeft hij zijn hoop gesteld.  Die Herder is God zelf.
In onze maatschappij waar alles in massa gebeurd en waar veel mensen in de anonimiteit verdwijnen is het een troost om te weten dat wij gekend zijn door de Vader. 
Wijzelf lopen soms weg van God, denken dat we hem niet nodig hebben.  Maar God laat ons niet in de steek.  Hij laat zelfs de 99 schapen die het goed doen achter om het ene verloren schaap te gaan zoeken en het terug bij de kudde te brengen.
De liefde van de Heer kent werkelijk geen grenzen.  Ze is persoonlijk en concreet.  Dat merken we ook bij Jezus wanneer hij zijn leerlingen roept.  Ook dat gebeurt persoonlijk. Ze worden allemaal bij naam genoemd, alsof het evangelie ons duidelijk wil maken dat het om individuele mensen gaat met eigen verhalen, met eigen sterke kanten en met eigen zwaktes. 
Deze 12 leerlingen zendt Jezus uit, om zijn boodschap in de wereld te brengen.  En na Pinksteren gaan de leerlingen echt overal zijn Woord brengen, tot aan de uiteinden van de wereld. 
En dan zegt Jezus iets wat wij vreemd vinden:  “Begeeft u niet onder de heidenen en gaat niet binnen in een stad van de Samaritanen; gij moet veeleer gaan naar de verloren schapen van het huis van Israël.
Wil Jezus dan zeggen dat de leerlingen alleen maar met andere joden (van het huis van Israël) mogen praten?  Misschien toen nog wel, maar nadien spreekt hij zelf met een Samaritaanse vrouw en laat hij zich door haar overtuigen dat ook zij het Woord van God nodig hebben.
Het evangelie leert ons dat het Woord van God écht voor elke mens is, maar dat we zeker ook de mensen die dicht bij ons zijn en die eenzaam zijn, niet mogen vergeten.  Omdat we daar iets aan kunnen veranderen, door een bezoekje of door een lief gebaar.
Jezus roept zijn leerlingen.  Hij heeft leerlingen nodig, die zijn werk verderzetten.  Jezus kan dit niet alleen, hij wil dit niet alleen doen…