Welkom

Welkom op de blog van het Land van de Regenboog. Op deze blog vind je wekelijks de tekst van de kinderliturgie tijdens de eucharistieviering van Sant Egidio, elke zondag om 17u in de Sint Carolus Borromeuskerk te Antwerpen.

Het Land van de Regenboog is een internationale beweging van en voor kinderen die zich willen inzetten om samen een betere en meer menselijke wereld uit te bouwen. Kinderen van 5 tot 12 jaar zijn welkom.


Meer info op de website van de gemeenschap van Sant Egidio.

zondag 1 maart 2015

Gen 22, 1-2.9-13.15-18
Mc 9, 2-10

De vasten is een goede tijd om ons op weg te zetten.  Om zoals het volk van Israël dat uit Egypte wegtrok, weg te trekken.  Maar moeten wij dan van wegtrekken?  Het volk van Israël trok weg van de slavernij van de Farao.  Maar zijn wij dan slaven?  Wij denken zo graag dat we vrije mensen zijn.  Wij beslissen toch zelf alles in ons leven, wij doen toch wat we willen! 

Maar is dat wel zo?  Hebben wij ook niet onze eigen moderne slavernijen?  TV kijken,  gamen, eten, kortom leven voor onszelf.  Dat zijn de dingen die wij als slaven kunnen volgen. 


En de vasten is een tijd om jezelf daarvan te bevrijden.  Om meer tijd te maken voor de woorden van God.  Want die leren ons wat écht belangrijk is in ons leven om gelukkig te kunnen worden. 


In de eerste lezing hoorden we het oude Bijbelse verhaal van Abraham uit het boek Genesis.  Abraham maakt die vreselijk reis met zijn zoon naar de berg om hem te offeren aan God.  Het was voor Abraham zeker een moeilijk weg, want hij wist dat de Heer hem gezegd: Roep je zoon, je enige, van wie je zoveel houdt, Isaak, en ga met hem naar het gebied waarin de Moria ligt. Daar moet je hem offeren op een berg die ik je wijzen zal.

God vraagt aan Abraham om zijn zoon Isaac te offeren.  Niet omdat hij Isaac dood wil.  Maar wel omdat hij wil dat Abraham begrijpt dat Isaac niet van hem is, maar door de Heer aan hem geschonken.  Andere mensen zijn ons bezit niet, ouders niet en kinderen niet.  We zijn aan elkaar gegeven door de Heer en zo moeten we de anderen ook zien, als een geschenk.

Abraham is gehoorzaam aan God en toont zo de veeleisende liefde die de Heer van ons vraagt.  Geen flauwe liefde, die wel een beetje zijn best zal doen om te stralen.  Nee, een schitterend vuur dat alles verteert, een stralend licht dat alles verlicht.

Abraham is de vader van alle gelovigen: joden, christenen en moslims.  Daarom worden deze 3 godsdiensten ook wel: de kinderen van Abraham genoemd.  Het geloof van Abraham is een voorbeeld voor ons allemaal en begeleidt door deze vasten.
In het evangelie lezen we over Jezus, die met 3 leerlingen de hoge berg: Tabor opgaat.  Petrus, Jacobus en Johannes.  Die tocht op de berg is ook als de veertigdagentijd.    Jezus neemt de leerlingen bij de hand en neemt hen mee de berg op.  En op die berg verandert hij van gedaante, daar ervaren de leerlingen de schoonheid van de volledige eenheid tussen Vader en Zoon, de liefde tot het uiterste.

Jezus transfigureert, hij verandert van gedaante: zowel innerlijk als uiterlijk.  Jezus gaat de berg op om Zijn Vader te ontmoeten.  Zoals Abraham de berg opging en ook Mozes.

En zo is deze Vasten voor ons allemaal zoals op die berg gaan om God te ontmoeten. 

En Jezus gaat niet alleen, hij neemt zijn beste vrienden mee.  Petrus wil in dat moment blijven.  Hij zegt:     Rabbi, het is goed dat wij hier zijn; laten we drie tenten opslaan, een voor u, een voor Mozes en een voor Eli.

Petrus wist niet goed wat hij moest zeggen.  Hij was onder de indruk en in de war.  Maar hij begreep wel dat hij iets bijzonders had meegemaakt, iets dat zijn leven helemaal veranderde.
Daarom wil hij tenten bouwen, om het moment te bewaren; om het vast te houden.  En dan valt een schaduw over hen en horen ze een stem uit de hemel die zegt:  Dit is mijn geliefde Zoon, luister naar hem!’

Deze woorden hebben we nog al eens gehoord!  Het zijn de woorden die uit de hemel kwamen op het moment van het doopsel van Jezus in de Jordaan.  Het is de Heer die opnieuw zegt dat Jezus zijn zoon is en dat we naar Hem moeten luisteren om gelukkig te worden.

Vanaf dat moment zien de leerlingen alleen nog Jezus staan.  Maar ze dalen de berg af als andere mensen.  Ze begrijpen vanaf dat moment al iets meer van het grote mysterie van Jezus, de zoon van God.    

Dat is de tent die Petrus wou bouwen, Jezus zelf.  Hij is degene waarvan Johannes schreef: Het woord is mens geworden en heeft tussen ons gewoond. 

Ja, Jezus is bij ons.  Hij laat ons niet alleen.  En als wij dicht bij hem zijn, als wij luisteren naar Zijn Woord en er écht naar leven, veranderen ook wij meer en meer van gedaante en beginnen wij ook een beetje als dat licht te stralen voor de mensen rondom ons.

Bidden wij dan voor alle mensen die leven in geweld en oorlog.  Opdat zij vrienden van Jezus zouden ontmoeten die hen steunen en helpen.

Bidden wij voor vrede en vriendschap tussen alle kinderen van Abraham: joden, christenen en moslims. 
 
En bidden wij ook voor onszelf, dat we dicht bij Jezus zouden zijn in deze vasten.