Mt 20, 1-16
Beste vrienden,
In het evangelie dat
we vandaag horen vertelt Jezus zijn
leerlingen over het Koninkrijk der Hemelen.
Jezus is net in Jeruzalem aangekomen als hij deze woorden spreekt. Een beetje later zal hij aan zijn leerlingen
toevertrouwen dat zijn einde nabij is.
Meer en meer wordt
duidelijk dat de woorden van Jezus tegen de stroom ingaan, tegen de gangbare
ideeën van die tijd. Jezus is een
revolutionair. Hij wil niet dat de
wereld blijft zoals hij is. Hij wil niet
dat de mensen blijven zoals ze zijn, denken zoals ze ervoor altijd
dachten. Jezus wil een nieuwe wereld
uitbouwen, het koninkrijk van de Hemel.
Een wereld waarin er geen verschil meer is tussen arm en rijk, een
wereld waarin er plaats is voor de eerste en voor de laatste.
Meer en meer mensen
beginnen zich tegen Jezus te keren. De
plannen om hem uit de weg te ruimen zijn al in de maak. Jezus wist dit, hij wist goed dat als hij zo
verder zou gaan, hij zijn eigen einde tegemoet zou gaan.
Maar Jezus stopt niet,
hij past zijn eisen niet aan aan de wereld.
De profeten hadden al het verschil aangetoond tussen hoe God denkt en
hoe de mensen denken. Dat hoorden we in
de eerste lezing van de profeet Jesaja. Mijn plannen zijn niet jullie plannen, en jullie wegen zijn niet mijn wegen.
De parabel over de
werkers van het laatste uur die we zonet gehoord hebben, moet heel gek hebben
geklonken in de oren van de mensen die naar Jezus luisterden. Die Heer van de wijngaard geeft hetzelfde
loon aan wie maar één uur gewerkt heeft als aan diegene die van ’s morgens vroeg
in de brandende zon heeft gewerkt. Ieder
krijgt hetzelfde. Het lijkt ons niet erg
eerlijk.
Die heer verlaat zijn huis wel 5 keer, om telkens opnieuw nieuwe werkers te gaan zoeken voor zijn wijngaard. Hij komt met de eerste werkers overeen dat ze een hele dag zouden werken voor één denarie. Dat was het normale loon voor één dag werk in de tijd van Jezus. Het was één zilverstuk en kwam overeen met ongeveer 4,5 gram zilver. Later in het evangelie horen we nog eens praten over denariën, wanneer Judas Jezus voor 30 denariën verraadt.
Die heer verlaat zijn huis wel 5 keer, om telkens opnieuw nieuwe werkers te gaan zoeken voor zijn wijngaard. Hij komt met de eerste werkers overeen dat ze een hele dag zouden werken voor één denarie. Dat was het normale loon voor één dag werk in de tijd van Jezus. Het was één zilverstuk en kwam overeen met ongeveer 4,5 gram zilver. Later in het evangelie horen we nog eens praten over denariën, wanneer Judas Jezus voor 30 denariën verraadt.
De heer gaat nog eens
terug rond 9u, rond de middag, rond 3u ‘smiddags en dan nog een keer om 5u ’s
middags. Wanneer hij de laatste keer
teruggaat, vindt hij een groepje werkers die al heel de dag staan te wachten op
werk. Hij vraagt hen: Waarom staan jullie hier de hele dag zonder werk?” “Niemand
wilde ons in dienst nemen,” antwoordden ze.
Dit antwoord doet ons
denken aan zovele jongeren en ook minder jonge mensen die geen werk
vinden. Hier in ons land, maar zeker ook
in het zuiden van de wereld. Heel veel
jongeren vinden geen werk. Ze zijn
ontgoocheld omdat ze heel de dag wachten en omdat niemand hen een kans wil
geven op werk. Niemand wil hen in dienst
nemen.
En dan is het moment
van het uitbetalen van het loon aangebroken.
En diegenen die het laatst bijgekomen zijn krijgen elk een denarie. Nu verwachten degenen die heel de dag gewerkt
hebben natuurlijk dat zij meer zullen krijgen.
Ze zijn verbaasd wanneer ze merken dat ook zij elk één denarie
krijgen. En ze beginnen te morren. Ze vinden die heer die hen werk heeft gegeven
ineens niet meer zo eerlijk. Hoewel ze
met hem die ochtend duidelijk hadden afgesproken dat ze voor één denarie zouden
werken. In de ochtend waren ze nog
tevreden geweest dat iemand hen geroepen had om te werken. Ze waren een eerlijk loon overeengekomen.
Maar als die werkers
die maar één uurtje gewerkt hebben, hetzelfde loon krijgen beginnen ze te morren. En wij denken eigenlijk stiekem dat het
inderdaad niet zo eerlijk is, dat die twee hetzelfde krijgen. Die eersten hebben er toch veel harder voor
moeten werken!
Net daar ligt het
verschil tussen de hemel en de aarde.
Net daar ligt het verschil tussen hoe God denkt en hoe de mensen
denken.
Jezus wil met dit
verhaal niet zeggen dat wij vanaf nu nog maar een beetje ons best moeten doen,
omdat we toch hetzelfde zullen krijgen als degenen die vanaf het begin hun best
hebben gedaan.
Nee, hij wil ons de
goedheid van de vader tonen. Die
medelijden betoont met die werkers die heel de dag gewacht hebben en die
niemand hebben gevonden die hen werk wou geven.
De logica van Jezus is
anders dan die van de wereld. Jesaja
zegt het al: Want zo hoog als de hemel is
boven de aarde, zo ver gaan mijn wegen
jullie wegen te boven, en mijn plannen jullie plannen.
Bidden wij dan dat wij
zouden leven met de logica van Jezus, met het medelijden tegenover wie aan de
kant staat, met de goedheid om ieder een kans te geven.
Bidden wij voor alle
landen in oorlog, voor al wie op de vlucht, voor al wie in deze wereld op zoek
is naar werk en door niemand geroepen wordt om te werken.