Welkom

Welkom op de blog van het Land van de Regenboog. Op deze blog vind je wekelijks de tekst van de kinderliturgie tijdens de eucharistieviering van Sant Egidio, elke zondag om 17u in de Sint Carolus Borromeuskerk te Antwerpen.

Het Land van de Regenboog is een internationale beweging van en voor kinderen die zich willen inzetten om samen een betere en meer menselijke wereld uit te bouwen. Kinderen van 5 tot 12 jaar zijn welkom.


Meer info op de website van de gemeenschap van Sant Egidio.

zondag 18 mei 2014

Hand. 6, 1-7
Joh. 14, 1-12

Beste vrienden,

Het evangelie van vandaag brengt ons tot bij het laatste avondmaal van Jezus met zijn leerlingen.  Jezus stond op het punt om zijn leerlingen te verlaten om ten hemel te worden opgenomen.  Binnenkort vieren we de Hemelvaart van Jezus.  Jezus wil dat zijn leerlingen tot in de diepte begrijpen wat het evangelie van hen vraagt.  En dat ze door voor Hem te kiezen, ook voor de Vader zelf kiezen.  Jezus maakt het heel duidelijk, Niemand kan bij de Vader komen dan door mij. Als jullie mij kennen zullen jullie ook mijn Vader kennen. 

Deze eerste gemeenschap van leerlingen, voor wie Jezus zo hard gewerkt heeft, moet niet triestig worden.  Jezus spreekt over het huis van zijn Vader.  Hij heeft het niet over de tempel, maar over het Rijk der Hemelen, over het paradijs, over de plaats waar wij God zullen zien van aangezicht tot aangezicht. 

Jezus heeft zijn leerlingen zo vaak uitgelegd hoe ze kunnen veranderen.  Aan de rijke jongeling zei hij: verkoop wat je bezit, en geef het aan de armen.   Ergens anders zegt hij: daar waar uw schat is, daar is ook uw hart.  Jezus wil zijn leerlingen en ons allemaal behoeden van een leven dat enkel draait om onszelf.  Hij wil ons wegleiden uit een triestig leven.

Maar de leerlingen hebben het nog niet zo goed begrepen.  Jezus heeft hen nog maar net de voeten gewassen, een gebaar van nederigheid tot het uiterste.  De leerlingen begrijpen het nog niet zo goed.  En dan zegt Tomas: ‘Wij weten niet eens waar u naartoe gaat, Heer, hoe zouden we dan de weg daarheen kunnen weten?’ 

En Jezus antwoordt hem: Ik ben de weg, de waarheid en het leven. Niemand kan bij de Vader komen dan door mij. Als jullie mij kennen zullen jullie ook mijn Vader kennen, en vanaf nu kennen jullie hem, want jullie hebben hem zelf gezien.’

En dan spreekt ook Filippus, een andere leerling die al zo lang met Jezus op weg is en hij zegt: Laat ons de Vader zien, Heer, meer verlangen we niet. Jezus antwoordt een beetje triestig: ik ben al zo lang bij jullie.  Hij begrijpt dat zijn leerlingen er nog niet veel van begrepen hebben.  Wie mij gezien heeft, heeft de Vader gezien.
 
Als wij Jezus begrijpen, begrijpen wij de Heer zelf.  Daarom zeggen wij bij ons kruisteken: de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.  Dat is de drie-eenheid.

Dit is het hart van het evangelie en van het christelijke geloof.  Waar kunnen wij God ontmoeten?  Dat vragen velen zich af.  Voor de christenen is het duidelijk: in Jezus.  Als wij God willen begrijpen, moeten we Jezus leren begrijpen.  Als wij de gedachten van God willen kennen, volstaat het om de gedachten van Jezus te kennen.

De christenen hebben geen ander beeld van God, dan het beeld van Jezus: vriend van de armen.  En als we dan nog niet weten hoe we Hem kunnen ontmoeten, dan legt Jezus het zelf uit wanneer hij zegt: alles wat jullie voor de kleinsten onder mij hebben gedaan, hebben jullie voor mij gedaan.

Jezus wil dat we Hem  herkennen in elke arme die we ontmoeten, in elke eenzame bejaarde, in elke bedelaar, in elk kind in Afrika dat leeft in honger, in ieder die in oorlog leeft of op de vlucht.  

Onze God heeft het gelaat van Jezus, de liefde van Jezus, de barmhartigheid van Jezus.  Het Rijk der Hemelen is Jezus.  Als wij naar Jezus kijken, kijken we God in het gelaat.

En wij zien in Jezus het gezicht van God die de zieken geneest, maar tegelijkertijd is dit ook het gezicht van een arm kind dat moet vluchten omdat het met de dood bedreigd wordt. 

We zien een God die verrezen is, maar die tegelijkertijd weent voor het graf van zijn vriend Lazarus.  Het is het gelaat van een God die medelijden heeft, voor al wie hij ontmoet.  Een God die niet veroordeeld, een God die niet straft.  Maar die geneest en zuivert. 

Dat is het voorbeeld dat wij willen naleven.  En dan zegt Jezus vol vertrouwen: Jullie zullen grote dingen doen.  Meer dan we zelf nu kunnen begrijpen.  Jezus vraagt ons om erop te vertrouwen dat zijn weg de weg van de grote dingen is.  Juist door nederig te zijn, door ons klein te maken, zullen we in staat zijn om groot te leven.

Bidden wij dan dat wij altijd het voorbeeld van Jezus zouden proberen naleven.  Bidden wij dat wij in alle armen en zwakken Jezus mogen herkennen.  Bidden wij voor het einde van alle geweld en oorlog.  Bidden wij voor al wie op de vlucht is, voor al wie ontvoerd is, voor al wie in angst leeft.